Je kunt het je nu niet meer voorstellen, maar twee maanden geleden, op vrijdag 2 maart 2018 om precies te zijn, was het de koudste 2 maart ooit gemeten. Het was die dag min 7 graden, met een stevige wind, waardoor de gevoelstemperatuur nog enkele graden lager was.
We kregen die dag een melding dat er twee baby nijlgansjes door omstanders uit het water waren geschept en drie nijlgansjes op het ijs tegen elkaar aan zaten te bibberen. Met spoed ging onze ambulancechauffeur Anita er heen. Bij aankomst bleek 1 van de nijlgansjes helaas te zijn overleden door onderkoeling. Een ander nijlgansje was met een bevroren snaveltje opgevangen door bewoners en werd warm gehouden in huis.
De ouders van de nijlgansjes waren wel aanwezig, maar de baby’s waren op het ijs terecht gekomen en konden onmogelijk een droge plek vinden. Onder toeziend oog van veel omstanders kon Anita de diertjes met een lang vangnet van het ijs halen. Het vierde nijlgansje met het bevroren snaveltje werd door bewoners aan haar overhandigd.
De diertjes waren erg onderkoeld, dus heeft Anita ze onderweg naar vogelopvang De Wulp onder haar vestje gestopt om ze zoveel mogelijk warmte te geven.
In De Wulp aangekomen, gingen ze meteen onder de warmtelamp. Eén van de nijlgansjes, waarvan Anita dacht het was overleden, werd eerst zorgvuldig warm gemaakt met een föhn. En ongelofelijk, maar het diertje zou het gaan redden!
De afgelopen weken is Anita een paar keer gaan kijken bij De Wulp en ze maken het goed, alle vier! Inmiddels zitten ze samen met wat andere jonge nijlgansjes in het buitenverblijf om verder op te groeien. Zodra ze groot genoeg zijn en kunnen vliegen, worden de kleine krachtpatsers, want zo mag je ze gerust noemen, uitgezet in een natuurgebied.
Wat zullen ze deze warme dagen fijn vinden!